Rock ’n rollator

Wat voorafging: ik werd geboren op 2 januari 1970, tweeënhalve maand eerder dan verwacht. De schade: cerebrale parese, wat in mijn geval inhoudt dat ik slecht loop, alleen kan fietsen op een driewieler en sinds een jaar of 15 ook een rollator nodig heb. Dat is niet zielig, soms wel ingewikkeld. En gelukkig vaak een bron van vermaak.

De 7 onverwachte voordelen van een rollator

Toen ik mijn eerste rollator kreeg, moest ik janken. Ik had dan wel (een min of meer) hippe aangeschaft, maar ik bleef het een verschrikking vinden: wat een uithangbord van mijn handicap, wat een bejaardensymbool. En ik was nog niet eens 40.

Inmiddels kan ik niet meer zonder. En niet alleen omdat-ie mijn actieradius oneindig heeft vergroot. Een rollator blijkt nog veel meer pluspunten te hebben:

  1. Je kunt overal gaan zitten

Staande receptie of partijtje? Niet voor mij. Ik plant mezelf gewoon op mijn bondgenoot met wielen. Ook handig als er geen stoelen of banken (meer) voorhanden zijn in een wachtkamer, presentatiezaaltje of natgeregend park. Ik kan altijd en overal neerzijgen.

  • Je kunt je veel te grote kind rondrijden

Vanaf het moment dat ik een rollator had, veinsde mijn jongste zoon – toen ruim 4 en al lang niet meer buggy-gerechtigd – vaak geen stap meer te kunnen zetten: ‘Ik kan niet meer lopen, mag ik gaan zitten?’ ‘Tuurlijk lieverd, spring er maar op’. Allebei blij: hij kon relaxen en ik kon veel langere afstanden zonder ik-kan-echt-niet-meer-gepiep met hem afleggen.

  • Je kunt door je veel te grote kind rondgereden worden

Toen mijn zoons (nu 15 en 18) zichzelf te groot achtten om op de rollator te gaan zitten en door mij gereden te worden, diende zich een andere functie aan: ik kon op de rollator gaan zitten en door hen voortgeduwd worden. Joechei! Nu kunnen zij langere afstanden zonder ik-kan-echt-niet-meer-gepiep van mij afleggen.

  • Je kunt waanzinnig veel boodschappen meenemen

Ik heb een kloeke rollator met flinke mand. Daarin past veel meer dan je op het eerste gezicht zou zeggen. In de supermarkt laad ik ’m bomvol en regelmatig hang ik ook nog volle tassen aan de handvatten. Mensen achter mij in de rij kijken vaak verbaasd toe hoeveel ik op de band zet, en wensen waarschijnlijk dat ze een andere kassa hadden gekozen.

  • Je kunt elke rij voorbij zoeven

Regelmatig maak ik schaamteloos gebruik van het feit dat ik rollator-behoevend ben. Ik herinner me de keer dat mijn oudste ingeënt moest worden. Werkelijk gigántische rijen voor de RAI, de wachttijd liep op tot meer dan een uur. Mooi dat ik dat niet ging doen, ook niet zittend op de rollator. Ik gebaarde mijn zoon mij te volgen en samen beenden we langs de mensenmassa – ik met een stalen gezicht, hij enigszins gegêneerd. Maar we waren wel meteen aan de beurt.

  • Je kunt altijd ‘rijdende garderobe’ zijn

In een museum of tijdens een festival: hoe vaak ik niet met gemak een berg jassen en tassen in en op mijn rollator meeneem. Tot grote vreugde van mijn gezin en vrienden, want niemand hoeft meer op zoek naar garderobes of kluisjes. We hebben altijd alles bij de hand en zijn verlost van gedoe met muntjes.

  • Je kunt moeiteloos social distancen

In coronatijd blijkt die rollator nog over een extra kwaliteit te beschikken: het is dé manier om automatisch anderhalve meter afstand te houden. Kwestie van dat ding recht voor je parkeren en iedereen blijft vanzelf uit je persoonlijke cirkel.

Dit vind je misschien ook leuk...

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *